Waarom zijn moederborden eigenlijk zo duur geworden?
Laat ik beginnen met een zijsprong, want nog veel vaker dan de vraag waarover dit artikel vooral gaat, komt de vraag voorbij waarom moederborden eigenlijk zo duur zijn geworden. Basis- en luxe opties zijn er altijd geweest, maar we hebben ook een tijd gekend waarin een bord uit de middenklasse geen 300, maar 150 euro kostte. Dat blijkt ook wel uit Pricewatch-data over de gemiddelde verkoopprijs van een moederbord; na een stabilisatie tussen 2017 en 2019, is die tussen 2020 en nu met ruim 30 procent gestegen.
De redenen daarvoor kunnen we onderverdelen in drie categorieën:
Inflatie en prijsstijgingen
De inflatie tussen 2020 en eind 2022 bedroeg volgens het CBS 12,9 procent en is dus in z'n eentje verantwoordelijk voor een significant deel van de prijsstijgingen die we bij moederborden zien. Sommige zaken die de productie en verkoop van moederborden raken, zoals de prijzen van grondstoffen, chips en internationaal vrachtvervoer, stegen nog harder dan de gemiddelde inflatie.
Hogere eisen
Het stroomverbruik van processors is in de voorbije jaren de pan uit gerezen. Het leveren van voldoende en stabiele stroom aan de cpu is natuurlijk een van de hoofdtaken van een moederbord en fabrikanten investeren dan ook duidelijk meer in de cpu-stroomvoorziening dan enkele jaren geleden. Voorbeeldje: een van de topmoederborden van de Z390-generatie, de ASUS Maximus XI Formula, had een Vcore-vrm van 400A. Letterlijk ieder B650-moederbord in onze round-up heeft een vrm die nog minstens de helft krachtiger is, en dan heb je het dus over de 'budgetchipset'.
Daarnaast bieden de nieuwste processors van AMD en Intel ondersteuning voor interfaces met hogere snelheden, zoals DDR5 en PCIe 5.0. Zeker die laatste standaard stelt pittige eisen aan de signaalkwaliteit, waardoor fabrikanten doorgaans acht in plaats van zes pcb-lagen moeten gebruiken; dat heeft flinke consequenties voor de kostprijs.
Niet alleen processors en nieuwe interfaces stellen hogere eisen aan moederborden, dat doen wij hardware-enthousiastelingen zelf ook. Moederborden met een vrm die ongeschikt was voor de meest stroomslurpende cpu's, werden op fora en in de comments steevast afgefakkeld, ook al was dat misschien een prima budgetoptie voor wie een zuinigere cpu uitkoos. Bovendien willen we tegenwoordig voldoende M.2-slots, als het even kan met bijpassende heatsinks erbij, 2,5Gbit/s-ethernet, het bios kunnen flashen zonder compatibele cpu, kunnen zien wat er mis is met foutdiagnose-leds en een mooi geïntegreerd i/o-shield. Per stuk misschien klein bier, maar het telt wel op.
Dalende afzet
Hoewel de cryptohype en thuiswerken door covid voor de moederbordenindustrie twee welkome verrassingen waren, is de trend van de moederbordenverkoop al jaren dalende. Gaming is al jaren het enige segment dat nog groeit, voor alle andere doeleinden is het een stuk minder gebruikelijk om zelf een pc te (laten) bouwen dan dat een of twee decennia geleden was. Het is niet voor niets dat de fabrikanten die zich van oudsher alleen met moederborden bezighielden, steeds meer verschillende producten zijn gaan maken: van videokaarten tot voedingen en van koelers tot randapparatuur.
Diversificatie is een van de manieren om de dalende vraag naar moederborden op te vangen, maar niet altijd voldoende. De grootste fabrikant, ASUS, haalde vorig jaar 440 miljoen euro winst uit een omzet van 14,8 miljard euro, een bescheiden 3 procent, en boekte in het vierde kwartaal zelfs een verlies. Als je de winst wilt opschroeven terwijl je minder verkoopt, moet de winst per verkocht product omhoog. Ook hierin zit dus een deel van de prijsstijging van moederborden. Dit deel komt het dichtst in de buurt van de vaak geuite beschuldiging dat moederbordmakers zich verrijken over de rug van scholieren die zich kapot moeten vakkenvullen om een game-pc te kunnen kopen. Kijk je daar minder vanuit emotie en meer vanuit de economische realiteit naar, dan valt ook dit deel van de prijsstijging wel te begrijpen.
Een bord van 100 euro, een bord van 300 euro en een bord van 1000+ euro
Voor dit artikel heb ik drie socket 1700-moederborden bij elkaar gezocht die representatief zijn voor hun prijssegment. De keuze voor Intel is puur praktisch; AMD socket AM5-borden zijn er (nog) niet voor het laagste besproken prijspunt. De verschillen tussen de besproken prijsklassen gaan grotendeels voor beide processorfabrikanten op, zij het dat AMD nu in een transitiefase zit van socket AM4 naar AM5 met daaraan gekoppeld de DDR4- en DDR5-geheugentypen.
Als vertegenwoordiger van het budgetsegment werd de Gigabyte B660M DS3H DDR4, die iets meer dan honderd euro kost, door mij uitgekozen. Dit Micro-ATX-moederbord was de winnaar van een Great Value-award in onze B660-round-up en hoewel de B officieel niet voor budget, maar voor business staat, is zo'n betaalbaardere chipsetvariant een gebruikelijke keuze bij budgetmoederborden. Een simpelere chipset biedt fabrikanten minder mogelijkheden om bijvoorbeeld overklokopties en veel aansluitingen te bieden, maar is wel goedkoper.
Het middensegment wordt vertegenwoordigd door de MSI MAG Z790 Tomahawk, die iets meer dan 300 euro kost. Voor een bord met de Z790-chipset, die onder meer overklokken mogelijk maakt, is dat een relatief betaalbaar model, maar ook weer niet de allergoedkoopste optie. In tegenstelling tot het budgetmoederbord heeft dit bord een fullsize-ATX-formaat, zoals gebruikelijk in dit segment.
Uit het topsegment heb ik ten slotte de ASUS ROG Maximus Z790 Extreme geselecteerd. Dit moederbord is een van de duurste socket 1700-moederborden uit de Pricewatch en is van het EATX-formaat, de grootste afmeting die je in de consumentenwereld tegen zult komen.
De basis gelegd met het 100-eurobord
Zoals gezegd is Gigabytes B660M DS3H DDR4 de vertegenwoordiger van dit segment. Het eerste wat je waarschijnlijk opvalt aan dit bordje, is dat het er redelijk kaal uitziet. Je moet bijvoorbeeld nog een los i/o-shield gebruiken en hoewel de stroomfasen links van de socket nog van een bescheiden heatsink zijn voorzien, liggen de bovenste fasen volledig bloot. Daardoor kun je zien dat we te maken hebben met losse low- en high-side mosfets, die per definitie minder efficiënt zijn dan powerstages waarin de driver en beide typen mosfets zijn geïntegreerd. Effectief zal dit bordje een vrm-belasting van rond de 100W kunnen verwerken, een beetje wat een i5 13400 of 13500 verbruikt. In onze test met een Core i7 ingesteld op 'unlimited' werd de vrm veel te warm, wat tot throttling leidde.
Als we het bord verder bekijken, valt op dat het PCIe x16-slot ouderwets op PCIe 4.0-snelheid werkt, terwijl de meeste socket 1700-processors PCIe 5.0 ondersteunen. PCIe 4.0 stelt lagere eisen aan de signaalkwaliteit en daarmee aan het ontwerp van de printplaat, wat een besparing oplevert. Ook zie je naast de bescheiden chipsetheatsink een tweede M.2-slot, waarop geen koeler zit. Wil je daarin wel een vlotte PCIe 4.0-ssd steken, wat op zich best kan, dan kun je dus beter voor een wat duurdere versie met een eigen heatsink gaan.
Ook op het gebied van aansluitingen komt dit budgetmoederbord er wat karig vanaf. In totaal telt het bord maar zes USB-poorten, die ook nog grotendeels op verouderde snelheden werken. USB-C zit er maar één keer op. Ook komen we nog wat relieken uit het verleden tegen, zoals een PS/2-aansluiting en, op de versie van dit bordje zonder wifi, zelfs een analoge VGA-beeldaansluiting.
Wat deze B660M DS3H wel al heeft, is 2,5Gbit/s-ethernet. Blijkbaar is zo'n chip tegenwoordig zo goedkoop dat er eigenlijk geen reden is om nog voor gigabit te kiezen. De audiovoorziening maakt gebruik van een vrij basic Realtek ALC897. Dat is prima voor geluid uit je pc-speakersetje, maar de purist zal niet tevreden zijn met bijvoorbeeld het dynamisch bereik. Ook kan deze audiochip niet omgaan met hoofdtelefoons die een hogere impedantie dan 32Ω vereisen. Een laatste opmerking die ik nog wil plaatsen, gaat over het aantal fanheaders, een bezuiniging die helaas gebruikelijk is in dit segment. Je krijgt er vier, wat al snel te weinig is. Als je er een of twee voor je cpu-koeler gebruikt en ook nog alle casefans wilt aansluiten, moet je al gauw met een splitter in de weer.
Wat zit er extra op het 300-eurobord?
In het middensegment bekijken we de MAG Z790 Tomahawk van MSI. Het gaat om een wat groter moederbord dan het model uit de eerste categorie. Dit bord is, zoals de naam al zegt, voorzien van de luxere Z790-chipset, die onder meer overklokken en meer aansluitingen mogelijk maakt. Of en hoe een fabrikant die allemaal benut, is aan de moederbordmaker zelf.
De Tomahawk is duidelijk luxer afgewerkt dan het 100-euromoederbord. Alle vier de M.2-slots - dat zijn er dus dubbel zoveel - zijn bedekt met een heatsink die mooi aansluit bij die van de chipset en de i/o-overkapping, waarin het i/o-shield is verwerkt. De volledige vrm wordt passief gekoeld door flinke heatsinks, die een relatief krachtige vrm op basis van powerstages aan het zicht onttrekken. Die kan zelfs de extreem veel verbruikende Core i9 13900KS van stroom voorzien zonder te warm te worden. Daarvoor hoef je trouwens niet per se 300 euro uit te geven; er zijn ook borden van rond de 200 euro die dat al kunnen. In vergelijking met het echte instapsegment is dat echter wel een verschil.
Direct naast de processorsocket tref je vier geheugenslots aan, net als bij het budgetbord, maar dit keer gaat het om DDR5-slots. Nu is Intels socket 1700 een beetje een buitenbeentje, omdat de processors zowel DDR4 als DDR5 ondersteunen. DDR4 is zodoende gebruikelijk bij de goedkopere moederborden, terwijl de luxere borden gebruikmaken van het duurdere, maar snellere DDR5. Deze Tomahawk bestaat trouwens in uitvoeringen voor beide geheugentypen.
Nog zo'n verschil dat alleen voor het getrainde oog zichtbaar is, is dat dit bord beschikt over PCIe 5.0-ondersteuning. Dat geldt alleen voor het x16-slot; de M.2-slots werken wel allemaal nog op PCIe 4.0-snelheid. Heel nuttig is dat op dit moment nog niet; er zijn namelijk nog geen PCIe 5.0-videokaarten die je in dat slot kunt steken, dus je koopt op dit punt vooral wat toekomstvastheid.
Op het i/o-paneel kom je geen PS/2 of VGA meer tegen, maar vooral heel veel moderne poorten. Op deze Tomahawk krijg je in totaal tien USB-poorten waarvan twee USB-C, en de snelste daarvan werkt op maar liefst 20Gbit/s. Dat is de snelste USB-standaard die je kunt krijgen voordat je naar USB4 gaat, wat in feite gewoon Thunderbolt is. De audiopoorten worden aangestuurd door een Realtek ALC4080, een luxere chip voor onboard audio die een betere signaalruisverhouding biedt en ook luxe hoofdtelefoons met een hoge impedantie kan aansturen. Al gebruik je als purist misschien toch liever een externe dac.
Op het bord zelf hoef je je geen zorgen meer te maken over het aantal ventilators dat je kunt aansluiten; aan de acht headers op dit bord zal vrijwel iedereen genoeg hebben. Ook vind je hier foutdiagnoseleds die snel aangeven waar het probleem zit als je pc niet start, wat heel fijn is als je moet troubleshooten.
Wat zit er extra op het 1000+-eurobord?
De ASUS ROG Maximus Z790 Extreme is beperkt verkrijgbaar, maar op de momenten dat hij een prijs heeft in de Pricewatch, zweeft die tussen de 1200 en 1500 euro. Daarvoor krijg je niet alleen letterlijk méér moederbord - het EATX-formaat van dit model past alleen in grotere kasten - maar ook een veel luxere afwerking. Het bord is vrijwel helemaal bedekt met heatsinks en andere beplating, waardoor de printplaat zelf vrijwel geheel aan het zicht wordt onttrokken. Bijna alle aansluitingen aan de rechterkant, inclusief de grote ATX-stekker met 24 pinnen, zijn gekanteld geplaatst, zodat je ze makkelijker en netter kunt wegwerken. Om de looks van dit bord af te maken, is er een programmeerbare matrix van ledjes op de i/o-cover geplaatst en zit er op de primaire M.2-heatsink zelfs een 2"-oledschermpje, dat informatie over je hardware of zelfs je eigen gifje kan weergeven.
Dat je meer betaalt voor het uiterlijk mag duidelijk zijn, maar natuurlijk zijn er ook technische verschillen. In vergelijking met het bord uit de vorige categorie heeft de Maximus Z790 Extreme bijvoorbeeld een M.2-slot op PCIe 5.0-snelheid en een tweede PCIe 5.0 x16-slot. Vroeger was dat vooral handig geweest voor SLI, maar aangezien dat tegenwoordig geen ding meer is, zou je de toepassing daarvan nu vooral in een insteekkaart met meer dan één PCIe 5.0 M.2-ssd moeten zoeken.
Verder heeft een bord in deze klasse een aansluitingenpaneel om je vingers bij af te likken. De USB-poorten zijn niet alleen in groten getale aanwezig, maar ook heel snel: acht keer 10Gbit/s, een keer 20Gbit/s en twee keer USB4 oftewel Thunderbolt. Naast de reguliere 2,5GbE-netwerkpoort heeft dit bord nog een tweede aansluiting, verbonden met een 10GbE-controller van Marvell.
Overklokfeatures zijn een andere onderscheidende factor voor high-end moederborden. Om te beginnen krijg je op dit soort moederborden een cpu-vrm die he-le-maal nergens meer over gaat. Op deze Maximus Z790 Extreme zit bijvoorbeeld een vrm die in theorie 2500A kan leveren. Een i9 13900KS komt stock niet voorbij de 500A, en zelfs als je met stikstofkoeling aan de slag gaat, zul je nooit in de buurt komen van 2500A. Praktisch nuttiger zijn alle onboard knopjes die je krijgt. Een aantal daarvan is doorgaans zelf instelbaar, maar directe knoppen voor het aanzetten van het systeem, diverse modi om een instabiel systeem veilig te booten en het uitvoeren van een bios-reset zijn altijd wel present.
Ten slotte krijg je bij een high-end moederbord vaak een uitgebreid accessoirepakket. In de doos van dit ASUS-model kom je bijvoorbeeld een losse fancontroller, een montagekit voor een vrm-fan en zelfs een USB-oscilloscoop tegen. En jawel, volgens het bijgeleverde kaartje mag je jezelf na de aanschaf van dit peperdure moederbord ook een 'ROG VIP' noemen.
Overigens kom je veel van de features van dit moederbord ook tegen op goedkopere modellen, met een prijs tussen het besproken midrangebord en dit topmodel in. Ben je specifiek op zoek naar bijvoorbeeld een bord met USB4, een PCIe 5.0 M.2-slot of functies die je leven als overklokker makkelijker maken, dan hoef je dus niet per se een topmodel als dit aan te schaffen. Zo'n topmodel kenmerkt zich vooral doordat al die individuele functies in één bord worden gecombineerd.
Conclusie
Moederborden zijn in de afgelopen jaren flink duurder geworden. Behalve je uitleggen hoe dat zo komt, kan ik daar helaas weinig aan doen. Wat ik wel kan, is de verschillen tussen moederborden uit verschillende prijsklassen inzichtelijk maken. In de onderstaande tabel vat ik die verschillen nog eens beknopt samen.
Prijsklasse | Vertegenwoordigd door | Kenmerken |
Goedkoop (100 euro) | Gigabyte B660M DS3H DDR4 |
|
Middenklasse (300 euro) | MSI MAG Z790 Tomahawk |
|
High-end (1000+ euro) | ASUS ROG Maximus Z790 Extreme |
|
Over het algemeen shop je in het goedkoopste segment als je een niet al te veel verbruikende processor kiest en ook geen intenties hebt om die later naar een meer verbruikend exemplaar te upgraden. Daarbij kun je denken aan een Core i3 of i5, of Ryzen 3 of 5. Zo'n processor heeft voldoende aan de vrm van een budgetmoederbord en zal dus maximaal presteren. Heb je verder geen bijzondere eisen als het op aansluitingen of uitbreidingsmogelijkheden aankomt, dan doe je een prima koop in dit segment.
In de middenklasse is de vrm al dusdanig goed dat je zo'n moederbord voor iedere processor kunt gebruiken, zelfs een stroomslurpende Core i9 of Ryzen 9. Ook DDR5 en PCIe 5.0 doen in deze klasse hun intrede. Verder zet je op vrijwel ieder punt concrete stappen vooruit, bijvoorbeeld als het om de hoeveelheid en snelheid van de verschillende poorten en slots gaat. Voor een wat luxere processor en een op de voorzienbare toekomst voorbereid systeem, is dit een goede prijsklasse.
Er is eigenlijk geen objectief goede reden om een echt high-end moederbord te kopen. Dat doe je vooral als je gewoon een dik bord wil met alles erop en eraan dat er opvallend en mooi afgewerkt uitziet. Die markt is er natuurlijk gewoon, laat staan, die markt zit voor een groot deel op Tweakers, maar voor een zinnige prijs-prestatieverhouding moet je niet in dit segment zijn. Zoek je specifiek een feature zoals USB4, 10GbE, PCIe 5.0 M.2-slots of overklokfuncties, dan zijn er vaak modellen ergens halverwege de midden- en high-end klasse die zich specifiek daarop richten en de gunstigere koop zijn.
Nu is bovenstaand overzicht slechts een generieke weergave van wat gebruikelijk is per prijssegment. Er zijn natuurlijk altijd modellen die iets bijzonders bieden op hun prijspunt en heel veel modellen die wat prijs betreft tussen de genoemde voorbeelden in vallen en dus ook kenmerken van de verschillende categorieën combineren. Voor de beste keuze voor jouw specifieke gebruiksscenario kun je nog altijd het beste op zoek gaan in de Pricewatch, onze reviews lezen of hulp vragen op het forum. De algemene vraag waarom je überhaupt meer geld zou kúnnen uitgeven aan een moederbord, hebben we met dit artikel hopelijk beantwoord.
Author: Veronica Johnson
Last Updated: 1704445682
Views: 2358
Rating: 4.4 / 5 (108 voted)
Reviews: 93% of readers found this page helpful
Name: Veronica Johnson
Birthday: 1990-01-10
Address: 70229 Jeffrey Rapid, Lake Michael, CT 88465
Phone: +3619970139142605
Job: Dental Hygienist
Hobby: Gardening, Woodworking, Skydiving, Playing Piano, Reading, Coffee Roasting, Bird Watching
Introduction: My name is Veronica Johnson, I am a vibrant, proficient, tenacious, enterprising, exquisite, venturesome, apt person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.